-
1 hij kreeg het op z'n zenuwen
hij kreeg het op z'n zenuwenVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > hij kreeg het op z'n zenuwen
-
2 bit
n. bit (computers), binaire cijfer--------n. stukje; beetje; klein muntstuk; boor; bit (in de mond v.e. paard)[ bit]2 beetje ⇒ stukje, kleinigheid3 beetje ⇒ ogenblikje, momentje6 schaafijzer/beitel/mes♦voorbeelden:〈 informeel〉 a bit at a time • bij beetjes, stukje voor stukjethat was a bit much for me • dat was me wat te veel〈 informeel〉 bit by bit • bij beetjes, stukje voor stukjetear something to bits • iets in stukken/stukjes scheurennot a bit better • geen haar beternot a bit (of it) • helemaal niet(s), geen zierhe is a bit of a liar • hij is nogal een leugenaara bit of advice • een goede raada bit of news • een nieuwtje3 wait a bit! • wacht even!take the bit between its teeth • op hol slaan 〈 van paard〉; 〈 figuurlijk〉 (te) hard van stapel lopen -
3 my nerves went to bits
my nerves went to bits -
4 zenuw
1 [medicijnen, geneeskunde] nerve2 [meervoud] [fysieke gesteldheid] nerves♦voorbeelden:met gespannen zenuwen • nervouslystalen zenuwen • nerves of steelsterke zenuwen hebben • have strong nerveszijn zenuwen begaven het • his nerves snappedde zenuwen hebben • have the jitterskrijg de zenuwen! • get stuffed!op iemands zenuwen werken • get on someone's nerveshij kreeg het op z'n zenuwen • his nerves went to bitsze was óp van de zenuwen • she was a nervous wreck
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский